Plasmastralen worden als niet-thermische of koude plasmabron ingezet bij diverse toepassingen in de materiaaltechnologie en, meer recentelijk, in de geneeskunde. Een belangrijk voordeel van een plasmastraalsysteem is dat het beschikbare plasmavolume niet is beperkt tot de ruimte tussen de elektroden. Een gasstroom doorheen het systeem zorgt er immers voor dat er een actieve uitstroomzone of flowing afterglow ontstaat die in contact wordt gebracht met het te behandelen oppervlak.
Het eerste deel van het onderzoek waarvan deze scriptie de neerslag is, betreft een gedetailleerde karakterisering van een plasmastraal opgewekt door een diëlektrische-barrière-ontlading (DBD) in argon, helium en in mengsels van deze gassen met waterdamp. De elektrische eigenschappen van het plasma, zoals de stroomspanningskarakteristiek en het gedissipeerde vermogen, worden respectievelijk bepaald uit de golfvormen voor spanning en stroom en uit lading-spanning-lissajousfiguren.
In het tweede deel van dit werk wordt de plasmastraal toegepast bij de oppervlaktebehandeling van verschillende substraten uit polypropyleen en polytetrafluoroethyleen (PTFE). De invloed van de plasmabehandeling op de oppervlakeigenschappen wordt gekwantificeerd met watercontacthoekmetingen (WCA), elektronenmicroscopie (SEM, AFM) en röntgenstraalfoto-elektronenspectroscopie (XPS). Er wordt meer specifiek nagegaan in hoeverre additieven de effectiviteit van de plasmabehandeling verhogen. | |