Tot nu toe werden er drie strategieën toegepast om ervoor te zorgen dat regenwater niet infiltreert doorheen gevels van gebouwen: een vocht-bufferende strategie, een strategie met een 'perfecte' afdichting en een gedraineerde strategie. Toch hebben de voorbije decennia verschillende onderzoekstudies aangetoond dat schadegevallen in de bouwsector nog steeds hoofdzakelijk gerelateerd zijn aan vocht, en dat infiltratie van regenwater voor het merendeel de oorzaak is van vocht in de gebouwschil.
In dit doctoraatsonderzoek werd een vierde generatie waterdichtheidsstrategie geïntroduceerd waarbij het ontwerp van een gevelopbouw niet enkel gebaseerd is op een algemeen waterdichtheidsprincipe, zoals de drie voorgaande strategieën, maar op de kwantitatieve beoordeling van de prestatie van de opbouw op vlak van waterinfiltratie. Om deze vierde generatie mogelijk te maken werd er enerzijds inzicht verkregen in de hoeveelheid en het gedrag van infiltrerend regenwater in gevelopbouwen en anderzijds werd een kwantitatieve beoordelingsmethode ontwikkeld om de prestatie van gevelsystemen op vlak van waterinfiltratie te evalueren. Deze methode laat toe om een 'fit-for-purpose' principe toe te passen bij het ontwerp van het regenwater management van de gebouwschil hetgeen zal resulteren in minder over- en onderschatting van de prestatie van het regenwater management van de gevel en dus ook minder schade en minder overbodige kosten. | |