Hoge temperatuur (+- 1200°C) smeltovens zijn een essentiële stap tijdens de recyclage van waardevolle metalen uit diverse afvalstromen, zoals elektronisch afval waaruit onder andere koper en goud worden teruggewonnen. Tijdens dit recyclageproces wordt naast de metaalfase ook een slakfase gevormd, om de edele van de niet-edele metalen te kunnen scheiden. De eigenschappen van deze slakfase, een vloeibare oplossing van verschillende oxides, spelen een bijzonder grote rol, waarbij dit doctoraatsonderzoek zich richtte op de viscositeit van de slakfase. Meer specifiek focuste dit doctoraat op de verhoging van de viscositeit door de aanwezigheid van vaste deeltjes in de vloeibare slakfase. Het doctoraat (1) optimaliseerde de methodologie om accuraat de viscositeit op te meten van een slakfase op hoge temperatuur, (2) verwierf viscositeitsdatasets voor de voornaamste vaste deeltjes, spinel en meliliet, en (3) gebruikte deze datasets om een overkoepelend voorspellend viscositeitsmodel te ontwikkelen. Tijdens deze viscositeitsmetingen werd er specifiek aandacht besteed aan het controleren van alle experimentele parameters, zoals de deeltjes vorm en grootte, waardoor diepgaandere inzichten werden verworven in vergelijking met eerdere studies. Het gebruik van dit nauwkeurige viscositeitsmodel voor het voorspellen van de slakviscositeit tijdens procesvoering vormt een belangrijke stap in het verhogen van de efficiëntie en veiligheid van het recyclageproces. | |