Tot op vandaag is de dieselmotor nog steeds de belangrijkste aandrijfbron voor zwaar vracht- & treinverkeer, marine-, generator- en landbouwtoepassingen. De slinkende reserves aan fossiele brandstof, de strenge emissienormen, het broeikaseffect, de stijgende energievraag zijn de voornaamste drijfveren voor het onderzoek naar alternatieve brandstoffen. Potentiële brandstoffen voor deze toepassing zijn pure oliën en vetten. Verschillende constructeurs van middelsnellopende dieselmotoren tonen hiervoor interesse. Niettemin zijn motoraanpassingen vereist en treden nog steeds problemen door gebrek aan kennis. De studie focust zich op het gedrag van de brandstofinjectie. In het experimentele deel werd een verbrandingskamer ontwikkeld, gedoopt tot de Ghent University Combustion Chamber I (of GUCCI). De opstelling laat toe om motorcondities te simuleren en om optische metingen uit te voeren van de injecties. Verschillende randcondities werden gevalideerd en de invloed van de oliën op het injectiesysteem en verneveling werd onderzocht. Het numeriek deel werd een vernevelingsmodel geïmplementeerd als onderdeel voor motorsimulatieprogrammas. Het gedrag van het model werd geëvalueerd voor vaak gebruikte surrogaten voor diesel en biodiesel. De conclusies werden dan gebruikt voor een voorstel tot modelleren van oliën. In een finale stap werd het model voor de verdampende spray gevalideerd met experimenten die werden uitgevoerd op aan de Technische Universiteit van Eindhoven.